Verslag Maja Kramer
Om maar meteen met de deur in huis te vallen: ik ben niet katholiek. Wel gelovig, belijdend en actief, maar om zo te zeggen bij een andere club. Wel altijd een warm hart voor de roomse liturgie, de universele gebeden en de prachtige kerken. Het berichtje in het parochieblaadje, waarin vrijwillige rolstoelduwers werden gevraagd om op bedevaart te gaan naar Lourdes sprak mij dan ook onmiddellijk aan. En ja hoor, ik mocht mee met de Lourdesgroep Santpoort.
Met 46 min of meer onbekende mensen stonden wij midden in de nacht in de Naald (kerk) en baden het Wees gegroet Maria en met de zegen gingen wij op weg . Een voor mij onbekende weg met een mysterieuze bestemming. In de middag, vermoeid na een lange reis en veel bezienswaardigheden in het stadje Lourdes kwamen wij uiteindelijk aan op het grote plein “de Esplanade” met uitzicht op de imponerende kerk van Lourdes. Je betreedt heilige grond. En dan, aan de oever van de rivier de ”Gave” is daar de Grot. Verwonderd en geraakt word je stil en kijkt en kijkt…... en daar in een kleine nis staat het Mariabeeld, bescheiden en kwetsbaar. Daaronder in de grot voel je hoe vele liefdevolle handen de ruwe rotswanden hebben gepolijst In de hoek van de ruimte zie je hoe de Heilige bron levend water laat stromen. Op een afstand blijf je kijken naar al die honderden mensen die in een onafgebroken stroom voortschuifelen door de grot, biddend tastend en zoekend. Wat zoek je en wat vind je daar dan eigenlijk Je zoekt misschien een vonk van geloof, een hoop op kracht, op troost, op liefde, op genezing van je innerlijke wonden. Het is een magische plek, waar je steeds weer naar toe getrokken wordt, want er gaat een onmiskenbare energie van uit. Diepe indruk maken de vele duizenden mensen, die daar rondom de grot en op het plein aanwezig zijn zingend en biddend. Deze mensen jong en oud, zieken en gehandicapten, zij allen vervullen je met warmte, zoveel devotie en geloof slaat ook op jezelf neer en raakt je aan. In de lichtprocessie, die elke avond wordt gehouden op het grote plein, lopen vele mensen van verschillende nationaliteiten, die allen met elkaar verbonden zijn. Wij ook met een kaars in de hand het Ave Maria zingend vereren Maria, maar gelijktijdig aanbidden wij in haar God onze schepper en Jezus Christus onze Heer. |
Het is zo bijzonder en ontroerend om deel uit te maken van het grote geheel van gelovigen. Het is bijna adembenemend om samen met 25.000 medepelgrims een pontificale hoogmis bij te wonen in de Pius X –basiliek. Een koor waarvan de deelnemers in verschillende talen maar op dezelfde melodie zingen. Wierook, veel priesters en andere belangrijke personen in prachtige kleding, vlaggen, vaandels, muziek en gebeden. Uniek in de wereld, denk ik en wij waren daar als een van de velen.
Het wonder van geloof voltrekt zich ook binnen de groep. Binnen de kortste tijd waren wij een soort familie geworden, waarin wij veel met elkaar gedeeld hebben. Echte gesprekken zinvol en waardevol. Door de mooie vieringen die Willy onze pastor samen met Ton vormgaven, kwamen wij dicht bij God en bij elkaar. Met 17 personen uit onze groep hebben wij ieder voor zich, een ritueel bad ondergaan, wat voor mij een, misschien wel het hoogtepunt was van de bedevaart. Het voelde als een doop, een reiniging en een ontlading. Een nieuw begin. Als pelgrims, liepen wij samen en met elkaar een stuk van onze levensweg en wij droegen soms elkaars kruis in een omzien naar elkaar. Dat is een wonder van Lourdes In Lourdes gebeurt er iets met je wat niet is te omschrijven en niet is uit te leggen,Je wordt er blij van en je rugzak met zorgen en verdriet lijkt wat minder zwaar. Tijdens onze vele gesprekken kwamen wij uit, dat toeval niet bestaat, maar dat iets je toevalt. Mij viel toe, dat ik samen met anderen in wit gewaad mocht meedoen in de sacramentsprocessie. Daar stond ik dan samen met Thildy op het altaar zwaaiend met het wierookvat. Ik voelde mij trots en vereerd, dat mij dit ten deel viel. Dit alles en nog veel meer heb ik beleefd met mijzelf en met de groep. Deze bedevaart heeft mij verrijkt en inzichten in mijzelf aan het licht gebracht waar ik mee verder kan Ik heb mogen ervaren, dat er in deze wereld nog plaatsen zijn waar het Heilig Vuur brandt. Dank je wel Lourdesgroep Santpoort, dat ik een van jullie mocht zijn. Maja Kramer
|
Verslag Thildy van Kaam
Een oproep in de Maandbrief, (Driehuis) waarin om hulpkrachten werd gevraagd, was voor mij de reden om mij op te geven voor deze bedevaart (Een bedevaart naar Lourdes stond nog op mijn “things to do” lijstje). Daarnaast wilde ik ervaren, na een hectische periode op mijn werk, hoe het is een andere invulling in mijn dagelijkse bezigheden te hebben; een luisterend oor bieden, een rolstoel duwen, een praatje maken. De eerste avond voor de hulpkrachten op 19 maart gaf veel informatie over Lourdes maar ook veel praktische informatie over wat er van een hulpkracht wordt verwacht. De tweede informatieavond op 7 mei waren niet alleen de hulpkrachten,maar ook de bedevaartgangers aanwezig.
Een grote groep met op dat moment voor mij nog vrij onbekende pelgrims. Dat veranderde in Lourdes heel snel in een groep op elkaar betrokken en fijne pelgrims. De eerste dag, woensdag 9 juni, om 3.30 uur in de ochtend word ik in de Naaldkerk verwacht. Bij binnenkomst ontvang ik direct van Ton het koordje met naamkaart, waarbij mij op het hart wordt gedrukt deze de komende dagen altijd te dragen (alleen ‘s nachts niet!) In de kerk wordt een kort gebed uitgesproken en stilgestaan bij het jaarthema voor Lourdes 2010 “Met Bernadette het kruisteken maken”. Dan is het moment aangebroken, dat wij vertrekken, in alle rust vanwege het vroege tijdstip. Geen klokgelui! Dit jaar ging de reis naar Lourdes niet per trein, maar per vliegtuig vanaf Eindhoven Airport. De busreis verliep snel (geen files) en tegen zes uur waren wij ter plaatse. Opvallend was dat ik geen zorg voor mijn koffer hoefde te hebben. Alsof onzichtbare handen al daarvoor gezorgd hadden, want de koffers waren al uit de bus gehaald en verzameld bij de incheckbalie. Na de incheckprocedure ging alles snel; de vliegreis duurde nog geen twee uur maar er was nog wel gelegenheid voor een gebed door de hoofdaalmoezenier. Rond half elf landden wij op vliegveld Tarbes. Ook hier geen zorg voor de koffers, dat werd ook als vanzelfsprekend door de vrijwilligers gedaan. Na een korte rit arriveerden wij bij ons Hotel. Na een heerlijke lunch (ook alle volgende dagen) kwam het“echte” werk: de rolstoelen werden buiten het hotel klaargezet en ik ontving de laatste instructies. Het was duidelijk een heel verantwoordelijke rol: zorg dragen voor de veiligheid van de mensen in de rolstoel. Die middag volgden wij de voetsporen van Bernadette”: het bezichtigen van het geboortehuis, het ouderlijk huis, het cachot en de kerk met de doopvont van Bernadette. Het was heel indrukwekkend, niet alleen om de verhalen over het leven van Bernadette te horen, maar ook gesprekken te hebben met de pelgrim waarvan je de rolstoel mag duwen. Na afloop was er in Rivierasol gelegenheid om kennis te maken met de cappuccino zoals die Frankrijk wordt geschonken: met heel veel slagroom! (Heerlijk). Nadat het diner genuttigd was, vertrokken wij naar het Heiligdom om de openingsviering in de Bernadettekerk bij te wonen, met alle Nederlandse Pelgrims welke die dag waren aangekomen. Ook de openingsviering, die ik als heel indrukwekkend heb ervaren, stond in het teken van “Met Bernadette het kruisteken maken”. Nadat de viering was afgelopen en wij de kerk verlieten, was de lichtprocessie aan de gang; een heel bijzonder moment. De eerste dag was een hele lange dag met veel ontmoetingen: samen delen, gesprekken, gebeden, stiltemomenten. Moe en zeer onder de indruk van alles wat ik had meegemaakt ging ik tegen elf uur naar bed met grote verwachtingen naar de tweede dag. De tweede dag, donderdag 10 juni, werden we om 8.00 uur gewekt. Het ontbijt was gezellig. Die ochtend stond ingepland voor een bezoek aan het Cité Saint Pierre. Dit was een fikse en steile wandeling. De meeste pelgrims konden met de bus naar de plaats van bestemming. Wij (rolstoelduwers) gingen met lege rolstoelen naar boven. Nadat wij weer met elkaar weer waren verenigd heeft Ton ons het ontstaan van dezelocatie en de Cité uitgelegd: Bernadette had gevraagd ook de armen de mogelijkheid te geven om als pelgrim Lourdes de bezoeken. Er werd een opvanghuis gerealiseerd. Het was inderdaad een prachtige omgeving waar wij in de schaapskooi met elkaar onder leiding van Willy een hele mooie en indrukwekkende viering beleefden. Het voelde heel goed om met elkaar zulke mooie woorden en bijbehorende liederen te delen. Daarna vertrokken we naar de picknick gelegenheid om de meegenomen lunchpakketjes te nuttigen. Het was prachtig weer, de zon scheen uitbundig, de lucht was heel stil, en het voelde heel goed. Daarna gingen wij met elkaar in gesprek met de vraag “hoe, waarom, wat bracht jou er toe” om naar Lourdes te gaan. De verhalen waren boeiend en emotioneel. Het was indrukwekkend om op zo’n grote hoogte met het ruisen van de bomen op de achtergrond dit moment te delen; het was stil in de lucht en niemand zei een woord en dat moment zou je willen vasthouden. Maar we moesten weer naar het hotel terug, omdat die avond de Lichtprocessie op het programma stond. De rolstoelduwers met lege stoelen naar de bushalte (wat ook z’n charme heeft)om daarna gezamenlijk terug te lopen naar het hotel; op te frissen, te dineren en te vertrekken naar de Lichtprocessie. Het verzamelen voor de Lichtprocessie was ter hoogte van de Bernadette kerk. Je sluit aan en iedereen steekt zijn kaarsje aan. Je loopt en zingt met elkaar en verzamelt tenslotte voor het plein van de Rozenkransbasiliek. Omdat ik een rolstoelduwer ben, voel ik mij zeer bevoorrecht in die zin dat ik vlak vooraan sta en een goed zicht heb op de viering. Ik kan niet omschrijven welke gevoelens er door je heen gaan. De saamhorigheid, het intens beleven en met elkaar zingen. Er sluiten andere pelgrims aan. Mijn fototoestel hangt nagenoeg ongebruikt in de tas. Wat je voelt kun je niet opslaan in een foto. Dat moet je meegemaakt hebben. Vol indrukken en emoties wandel ik met de anderen weer terug naar hethotel. Moe maar zeer voldaan ga ik naar bed. De derde dag, vrijdag 11 juni, om 7.00 uur aan het ontbijt omdat we naar de eucharistievering bij de Grot gaan. We vertrekken en ik zorg er voor dat ik keurig in de rij met rolstoelen aansluit en op weg ga naar de Grot. Ik houd in de gaten dat ik steeds een andere pelgrim in een rolstoel duw en hoor de verhalen aan en vertel mijn eigen ervaringen. De Nederlandse viering bij de Grot was heel ingetogen en ook in deze viering washet thema het Kruisteken. In de viering dwalen mijn gedachten af; ik ben verwonderd dat ik mij zo snel opgenomen voel in de groep en dat ik het gevoel heb dat ik al veel langer in Lourdes ben dan twee dagen. Is dat wat Lourdes met je doet? Is dat het gevoel waarover mensen vertellen die al eerder in Lourdes zijn geweest? Het wensen van de vrede voelt goed. Vanochtend wordt ook de groepsfoto gemaakt. Een gezellig en ontspannend moment. Het is een heel gedoe om iedereen op het juiste moment aan het lachen te krijgen. Het resultaat mag er zijn: de foto is zeer geslaagd. Dan wordt aan mijn kamergenoot en mij gevraagd of wij ’s-middags een bijdrage willen leveren aan de Sacramentsprocessie op de Esplanada. Ik voel mij zeer vereerd en zeg volmondig ja. Met een kleine groep gaan wij naar de Grote Kruisweg. De anderen blijven achter bij Rivierasol. Dit omdat de beelden van de Grote Kruisweg gelegen zijn op een hoger en voor rolstoelen moeilijk begaanbaar terrein. Ook daar komt de rust en de stilte weer over me. Maar ook de staties, met teksten in diverse talen, en de beelden zijn heel indrukwekkend. Na afloop treffen we elkaar weer en gaan we gezamenlijk terug naar het hotel voor een lunch waarbij een heerlijke zalmforel wordt geserveerd. |
In de middag vertrekken we weer met elkaar naar de plek op het Heiligdom waar de Kleine Kruisweg is gesitueerd. Bij elke statie staan we stil in gebed en weer is het stil Die stilte en rust is het waarover ik mij zo verwonder: vele pelgrims op het Heiligdom en toch plekken waar het stil kan zijn……
Dan gaan we met elkaar naar de Sacramentsprocessie. Het weer is veranderd en de Processie wordt in de Pius X gehouden. Maja en ik moeten ons melden bij de organisatie. We krijgen een hele uitleg weliswaar in het Frans en ik hoor zoveel dat het mij duizelt. Wat moet ik wel doen en vooral niet! De nervositeit krijgt de overhand. Zal het wel goed gaan? Ik krijg het scheepje met wierookkorrels in mijn handen en Maja het wierookvat. Maar op de juiste momenten gaat het goed; we staan op het altaar en horen de H. Schrift lezingen die in drie talen worden uitgesproken. Dat is een heel bijzondere en emotionele ervaring. Na de processie lever ik mijn toog in en ik voel alsof ik een hardloopwedstrijd heb gelopen. Ik ben mentaal stuk en bij het hotel neem ik een alcoholische versnapering om alle emoties weer een plek te geven. We worden door alle bedevaartgangers gecomplimenteerd. Die twee kleine dames die zo’n grote bijdrage mogen leveren.
Na het diner gaan we met elkaar weer naar het Heiligdom terug om de lichtprocessie van bovenaf te bekijken. Het niet deelnemen aan, maar vanaf die kant de lichtprocessie te zien is ook weer een aparte ervaring. We brengen elkaar met de rolstoelen weer terug naar het hotel. Tegen twaalf uur ’s-nachts gaan we met een groep nog naar de Grot terug; al is het middernacht, ook dan is het druk bij de Grot. Daar is mijn moment om de kaarsen op te steken voor degenen die mij daarom gevraagd hebben en degenen die daarom nooit meer kunnen vragen. Het is al laat als ik mijn bed op zoek, maar ondanks dat kan ik de slaap moeilijk vatten. De vierde dag, zaterdag 12 juni, gaat mijn kamergenoot naar de baden en ik kan een “beetje” uitslapen. Het ontbijt is om half negen en met de achterblijvers gaan we naar het Bernadette museum. Een korte wandeling, waar in het museum kleine zalen zijn ingericht met daarin beelden over het doopsel van Bernadette, de kinderjaren en de zaal met de verschijningen van de H. Maagd aan Bernadette. De lunch is weer in het hotel en de middag wordt ingeruimd voor een busexcursie naar Gavarnie. Dit dorpje is het laatste dorpje in Frankrijk, vlak tegen de Spaanse grens. Het is een mooie tocht met prachtige vergezichten en ook diepe dalen. De omgeving is prachtig: watervallen, bossen in vele kleurschakeringen, bergbeekjes die rustig, maar ook zeer snel stromen, koningsarenden, de eeuwige sneeuw die op grote hoogte nog aanwezig is. Het is een plek om weer stil van te worden. Na de wandeling drinken we nog een kopje koffie om daarna de terugreis naar het hotel aan te vangen. Ik geniet van een heerlijk diner en de gesprekken met de tafelgenoten voelen ook weer goed. Na afloop van het diner wordt de ruimte omgebouwd en zitten we in een grote kring om aan de Kaarsenceremonie deel te nemen. Er staan 7 kaarsen op tafel en bij elke kaars wordt een intentie uitgesproken. Na elke intentie zingen we het lied: “als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur dat nooit meer dooft, vuur dat nooit meer dooft” en aansluitend zijn we stil……. De kaarsenceremonie wordt afgesloten met een gebed en de zegen. Het is een mooi en gevoelig moment dat ook weer veel stof tot nadenken geeft. Ik ga bijtijds naar bed, want zondag is het vroeg op! De vijfde dag, zondag 13 juni, is het vroeg ontbijten, want we gaan naar de Internationale Hoogmis in de Pius Xkerk. Ik zorg er weer voor dat ik met mijn mede pelgrim in de rolstoel in de rij naar het Heiligdom wandel. Het is heel druk; overal komen de pelgrims voor hetzelfde doel: de Hoogmis in de Pius X. Voor mij is geen zitplaats meer, maar ik zorg ervoor dat ik al staande een goed overzicht heb op het altaar. De opening met vaandels uit heel veel landen, ons vaandel gedragen door Wieger. Het is zo’n mooi moment. De Eucharistieviering is herkenbaar; de gezangen in het Latijn: het is een genot om daaraan deel te kunnen nemen. Maar ook de begroeting in vele talen (deze keer ook Nederlands) het Evangelie, de Vrede wens het is overweldigend. Het is al half twaalf als we elkaar op onze ontmoetingsplek, de Gekroonde Maagd, weer treffen. Besloten wordt terug te gaan naar het hotel voor de lunch die om twaalf uur gepland staat. Na de lunch gaan we naar het Heiligdom om de viering van de Handoplegging in de Bernadettekerk bij te wonen. Mijn medepelgrim in de rolstoevraagt of ik bij haar wil staan om het moment van de handoplegging. Dat raakt mij en ik ben vereerd met de vraag. Er wordt tijdens de handoplegging een lied zo mooi en warm van inhoud gezongen: “Ik ben een kind van Maria”. Na de viering wandelen we met de groep over de prairie en steken we de rivier de Gave over. We gaan even zitten en dan is het moment om de devotionalia te laten zegenen. Iedere pelgrim krijgt de gelegenheid zijn verhaal er bij te vertellen. Het regent een beetje, maar de grote bomen houden de meeste druppels tegen. Willy doet een gebed en vraagt de zegen over de door een ieder gekochte devotionalia. We verzamelen om met elkaaren de pas gezegende devotionalia door de Grot te lopen. Dit alles maakt heel veel indruk. We gaan terug naar het hotel. Na het avondeten gaan wij naar het Heiligdom om de flesjes met Lourdeswater te vullen en de kaarsen voor de dierbaren te branden. Intussen is het harder gaan regenen. Goed ingepakt gaan we op weg. Dat er zoveel water kan vallen… We vullen de Lourdesflesjes en gaan naar de kaarsenbakken. Met zoveel nattigheid is het moeilijk de kaarsen aan het branden te krijgen. Met veel geduld lukt dat en we staan weer in de kring en houden elkaars handen vast en zingen het lied “als alles duister is, ontsteek dan een lichtend vuur dat nooit meer dooft, vuur dat nooit meer dooft”. Inmiddels doornat maar dankbaar voor dit moment loop ik met mijn mede pelgrim in de rolstoel weer terug naar het hotel. Ik ben verkleumd maar de warmte van de groep zorgt er voor dat dit leed gauw vergeten is. Het is de laatste avond, dus blijf ik langer zitten onder het genot van een glaasje wijn en het voeren van veel gesprekken. Het is echt laat (1.00 uur) als ik mijn bed opzoek. Niet handig en verstandig wetend dat maandagochtend de wekker al om zes uur afloopt. De laatste dag, maandag 14 juni, inderdaad dat is vroeg zes uur. De koffer moet worden gepakt want we worden al om kwart over negen bij het hotel opgehaald en voor die tijd nemen we nog deel aan de slotviering in de Bernadettekerk. De inhoud van de viering raakt mij en tijdens de communieviering wordt het lied Panis Angelicus gezongen. Ik raak geëmotioneerd; er kleven te veel herinneringen aan dit lied. Na de zegen gaan we nog een keer naar de Grot, spreken een gebed uit en sluiten af met het kruisteken. Dan snel terug naar het hotel; de bus en het vliegtuig wachten niet. In het vliegtuig wordt door de hoofdaalmoezenier de bedevaart afgesloten met woord en gebed. We hebben een goede terugvlucht en landen rond half twee weer op Eindhoven Airport. De koffers worden weer verzameld en in de bus gezet. De busreis verloopt voorspoedig. Het is rustig op de weg want Nederland voetbalt tegen Denemarken. Het voelt alsof ik weken ben weggeweest. Het is bizar om weer in Nederland terug te zijn. Santpoort met de Naaldkerk zijn al snel in zicht. Bij de kerk staan veel lieve mensen ons op te wachten. De kerkklokken luiden en bij het uitstappen worden we met een roos begroet. Als men mij nu vraagt naar het “Lourdesgevoel” dan is mijn antwoord dat het mijn leven heeft verdiept en verrijkt. Thildy van Kaam
|